Het spenen van vogels na een handopfokproces
- Wisbroek
- Datum:
- Categorieën: Blog
Neushoornvogel
Het spenen is het proces waarin een babyvogel wordt begeleid naar de introductie van zijn volwassen dieet, wanneer het voeren door de ouders en / of verzorger is gestopt. Maar in mijn ogen, is het dit niet alleen. Dit moment zal veel nieuwe gedragingen voor de jonge vogels met zich mee brengen die cruciaal zijn voor hun toekomst, om te overleven in een compleet nieuwe wereld.
Een neushoornvogel heeft ongeveer 100 dagen nodig om te spenen, daarom is het erg belangrijk dat hij, wanneer hij tweederde van het handopfokproces heeft doorlopen, kennis begint te maken met zijn uiteindelijke omgeving: de definitieve volière. Het is van cruciaal belang dat hij de box zelf verlaat, op dezelfde manier als hij in het nest zou doen wanneer hij door zijn ouders werd grootgebracht. En wanneer hij dat doet, kan hij zelf zijn nieuwe omgeving binnengaan in plaats van dat we hem daarheen brengen. Ook wordt hij nu meer blootgesteld aan bacteriën en schimmels, waardoor zijn immuunsysteem langzaam versterkt. Het is naar mijn mening een dodelijke fout om de vogels alleen uit de opfokruimte te verplaatsen als ze spenen. Ik ben er van overtuigd dat het laatste proces van de handopfok in zijn laatste verblijf moet worden gemaakt, indien mogelijk natuurlijk. Ik ben me er van bewust dat het echt een uitdaging kan zijn om het met sommige vogelsoorten te doen, maar waar is het leuk als het makkelijk is? 🙂
Voeding
We moeten ons beseffen dat veel vogels, die het nest verlaten, het voedsel vervolgens nog enkele dagen, of zelfs weken, van de ouders krijgen. Sommigen verlaten pas het nest naar een compleet nieuwe wereld wanneer ze zich volledig voorbereid voelen. Stel je eens voor hoeveel stress het voor een vogel kan veroorzaken wanneer hij de box verlaat en we hem gewoon in een heel andere omgeving zetten, met verschillende geluiden, temperatuur, bacteriën…. Door dit soort gebeurtenissen kan bijv. de helm van een neushoornvogel heel eenvoudig beschadigd worden. En dat geldt tevens voor zijn vliegvaardigheden.
Het zit in het natuurlijke gedrag van sommige soorten bijvoorbeeld om de nieuwe wereld te ontdekken vanuit de veiligheid van hun nest. Ze kijken, ze bestuderen… en op het juiste moment proberen ze het en beginnen de nieuwe wereld te verkennen. Ze strekken de vleugels, maken grote sprongen, korte vluchten. Vaak komen ze terug naar het nest. En wanneer ze volledig voorbereid zijn dan gaan ze! Bij sommige soorten, zoals bijvoorbeeld bij de Barnacle gans, springen de drie dagen oude ganzen die niet in staat zijn om te vliegen, van de klif en vallen. Het is de enige manier om voedsel te krijgen, omdat ze zelfstandig beginnen te eten vanaf het moment van de eerste voeding. Dus het punt hier is dat wanneer we, om welke reden dan ook, een vogel met de hand groot moeten brengen, het niet alleen essentieel is om inprenting te voorkomen en een goede hygiëne en goed dieet te hanteren. Deze punten zijn uiteraard erg belangrijk! Maar ze betekenen niets wanneer de vogel zijn nek of bek breekt bij de eerste vlucht. Of als hij zoveel stress krijgt dat hij nooit naar een buitenverblijf wil gaan bijvoorbeeld.
Net als kleine kinderen, absorberen de jonge vogels ook veel sneller de informatie dan volwassenen. Dus een slechte herinnering kan worden omgezet in een levenslang trauma. In mijn 15-jarige ervaring geloof ik er heilig in dat veel gedragsproblemen van sommige volwassen vogels voortkomen uit een onjuiste verzorging bij het spenen. Als dit op de juiste manier wordt gedaan, aangepast aan de vogelsoort waar we mee werken, zal het succes zeker veel hoger zijn. Onderzoek naar gedrag in het wild zal hierin altijd leidend zijn. Want spenen is een proces, geen moment.
